zondag 24 november 2013

Gelooft Karel nou wel of niet in Sinterklaas?


Het is aan te bevelen om onderstaand verhaal niet te laten lezen of voor te lezen aan de kinderen die nog in Sinterklaas geloven...



Vandaag weer een spiksplinternieuw Karel Cavia-verhaal. Dit verhaal staat nog niet in eerder verschenen boeken. De avonturen van Karel Cavia zijn bedoeld voor kinderen van 7 tot 12 jaar maar oudere kinderen, zoals mijn oudtante Emma in Schellingwoude, die 93 is, en mijn suikeroompje Lambertus uit Burgerbrug, die volgende maand zijn 88e verjaardag viert, volgen Karel ook. Ze hebben weliswaar een bril met glazen zo dik als een jampotbodem op hun neus, maar vanwege de grote letter kunnen ze de boeken over Karel met gemak en veel plezier lezen. En zij zeggen dat kinderen die nog niet zo goed kunnen lezen ook de boeken van Karel kunnen kopen omdat achterin het boek een cd is gestopt waarmee alle verhalen kunnen worden afgeluisterd. 


Het Rokin in Amsterdam is afgeladen. Karel Cavia staat er met Plien, Pieter en hun moeder. Het is koud en druilerig. Het is de derde week van november. Op deze zaterdag komt Sinterklaas straks in een optocht voorbij.

Sinterklaas is met een stoomboot aangekomen achter het Centraal Station en rijdt op zijn schimmel richting de Dam. En op de hoek van de Dam en het Rokin staan Karel Cavia en zijn vriendjes op de stoep te wachten, met hun ruggen naar de winkels gekeerd. De rijweg is met hekken afgezet en er zijn ook politieagenten die ervoor zorgen dat de optocht vrij baan heeft.

Karel Cavia staat helemaal vooraan. Hij is door de rij gepiept. Plien en Pieter hebben ook een goed plaatsje gevonden. Ze kunnen net over de schouder kijken van twee kleine kinderen die voor hen staan. Karel staat echt helemaal aan de stoeprand.
In de verte komt een trommelkorps aanstappen. ‘Rommerdebom... rommerdebom...’ klinkt het en Karel Cavia en Plien en Pieter rekken hun nekken en turen de weg af. Ja hoor, daar komen jongens en meisjes in gekleurde pakken die op trommels slaan. En meteen daarachter komen meisjes met blauwe pakjes en witte laarzen. Zij gooien stokken in de lucht en doen gymnastische oefeningen, ziet Karel.

,,Dat zijn majorettes’’, zegt moeder tegen Karel maar Plien zegt: ,,Mamma, zo noemden ze ze vroeger. Tegenwoordig heet het twirlen. En die stokken heten batons. Kijk Karel, ze draaien er ook mee. Moet je zien, als je ze heel snel draait, lijkt het wel een wiel. Goed hè...’’  

,,Nou, ik vind het wel knap hoor’’, zegt Karel, ,,ze gooien die stokken in de lucht en vangen hem op terwijl ze blijven doorlopen. Volgens mij moet je daar weken voor oefenen.’’

,,Au’’, roept Karel ineens en tegen het jongetje dat per ongeluk op zijn pootje ging staan, zegt hij: ,,Kijk een beetje uit asjeblieft, ik sta hier ook te kijken.’’

,,Sorry hoor, ik zag je niet’’, zegt het jongetje.

Moeder wenkt: ,,Kom maar hier Karel.’’

,,Nee, want dan kan ik Sinterklaas en het paard niet zien en de zwarte pieten die altijd lolletjes maken.’’

,,Als je bij mij op mijn schouders klimt, kun je alles heel goed zien’’, antwoordt moeder. Dat laat Karel zich geen twee keer zeggen. En hij zit in een oogwenk riant op de schouder van moeder, bijna net zo hoog als Sinterklaas op de schimmel. Karel heeft een eersteklas plekje, hoog en droog, want het is opgehouden met miezeren.

Plien en Pieter zijn wat aan het gniffelen: ze lachen met hun hand voor de mond en praten zachtjes zodat Karel niet kan verstaan wat ze zeggen.

Karel ziet het wel maar denkt: ‘Ze doen maar, ik zit hier voorlopig goed...’’

Pieter heeft in Pliens oor gefluisterd dat Sinterklaas niet bestaat. Plien zegt tegen hem: ,,Niet steeds zeggen... Ik denk dat Karel nog wel in Sinterklaas gelooft.’’ Maar ze moet ook lachen om het grote geheim dat ze met haar broer deelt. Vorig jaar, toen ze acht waren, hebben vader en moeder verteld dat Sinterklaas een heilige is die bijna duizend jaar geleden kinderen van een gruweldood gered heeft. En dat zijn bestaan als kindervriend vanaf die tijd op zijn naamdag wordt gevierd. Maar dat Sint Nicolaas allang gestorven is en dat nu verklede vaders en moeders en ooms en tantes voor Sint Nicolaas spelen en cadeautjes weggeven.  En zwarte Pieten zijn geschminkte buurjongetjes of buurmeisjes of neefjes of nichtjes.

,,Dat wist ik al lang’’, had Pieter stoer gezegd en Plien lachte fijntjes.

,,Jij wist het dus ook al?’’, zei haar moeder met een vraagteken op haar voorhoofd.

Ondanks dat de kinderen nu negen zijn en het echte verhaal van Sinterklaas ook al op school behandeld hebben, zijn ze toch naar de intocht van Sinterklaas gegaan. Want Karel had erop aangedrongen. Hij had het Sinterklaasjournaal gezien en gehoord dat Sinterklaas en zijn zwarte pieten door het centrum van de hoofdstad zou rijden. ,,Ja jongens, ik wil die schimmel zien en de pieten strooien lekkere snoepjes in het rond en op de boot liggen allemaal cadeautjes voor de kinderen en voor cavia’s zoals ik. Zullen gaan? Asjeblieft, laten we naar Sinterklaas gaan...’’

Plien en Pieter hadden even getwijfeld of ze het echte verhaal over Sinterklaas aan Karel Cavia zouden vertellen... ,,Weet je nog hoe spannend en geheimzinnig wij het vonden toen we nog klein waren’’, zei Plien en Pieter vond ook dat ze het dit jaar nog niet aan Karel moesten uitleggen.

,,Kijk eens wie daar staan’’, roept Karel opgewonden. Hij had zijn koppie een halve slag gedraaid en zijn scherpe ogen op het bordes van Paleis gericht.
,,Daar, op het balcon, daar staan Willem Alexander en Amalia. En kijk, daar onder, op dat toneeltje dat van planken is gemaakt, daar staan Maxima en die zusjes van Amalia hoe heten ze ook al weer?’’

,,Prinses Alexia en prinses Ariane’’, zegt Plien die de meisje leuk vindt en wel eens over hen gelezen heeft.

,,Daar komt Sinterklaas ook aan, hij slaat rechtsaf, naar het Paleis’’, roept moeder.

,,Hij rijdt natuurlijk naar die kleinste prinsesjes. Die zullen wel een mooi cadeau van hem krijgen’’, verzucht Karel.

,,Sinterklaas heeft voor heel veel kinderen een mooi cadeau’’, stelt moeder Karel gerust. ,,Hij zal ons huis ook niet overslaan.’’

,,Hoe weet u dat nou?’’ vraagt Karel, ,,hij kan toch niet overal zijn? Bij alle kinderen van Nederland en Belgie langsgaan. Dat zijn er wel een miljoen.’’

,,Nog veel meer’’, zegt Plien, die naar broer knipoogt en zegt: ,,Sinterklaas en zijn pieten krijgen dat echt voor elkaar...’’

,,Zonder hulp van anderen?’’, vraagt Karel. ,,Ben benieuwd hoe ze dat doen...’’

,,Dat vertellen we je volgend jaar wel Karel, dat moet nog even geheim blijven.’’
En de kinderen lachen weer raadselachtig achter hun hand.

,,Hmmm...’’ bromt Karel. Ik weet wel waar jullie zo om grinniken. Ik heb jullie wel gehoord, hoor. Jullie denken dat ik nog in Sinterklaas geloof. Nou, ik had allang in de gaten dat Sinterklaas op het Sinterklaasjournaal door die acteur van Sesamstraat wordt gespeeld. Had ik al lang gezien...’’

Plien en Pieter zijn verbaasd en ook moeder fronst haar wenkbrauwen. ,,Maar waarom deed je dan net of je nog in hem geloofde. Jij wou toch graag naar de intocht?’’

,,Dat is toch leuk, zo’n optocht? Met muziek en lollige verkleedpartijen. En zwarte pieten die ons aan het lachen maken. Ik weet al lang dat Sinterklaas niet meer echt bestaat, maar het is fijn om cadeautjes te krijgen en als we niet gegaan waren hadden we ook de koning en koningin en de prinsesjes niet gezien...’’
        
LEZEN EN LUISTEREN. De boeken van Karel Cavia - deel I (‘De enige, echte, originele Karel Cavia’) en deel II (‘Karel zet de klas op stelten’) – zijn in alle boekwinkels te koop en bij bol.com en andere webwinkels. Ze zijn ook, zonder portokosten, via de website van Karel (www.karelcavia.nl) of de webwinkel van uitgeverij De Liefde te bestellen. (www.uitgeverijdeliefde.nl) Elk boek heeft een cd achterin met daarop de door schrijver Rob Bouber ingesproken verhalen. Dus lezen en luisteren in één koop: 12,95 euro.

      

 

  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten